Zo kun je het beste de badkamer stucen

Door Roy

Je bent eruit: het wordt stucen in plaats van betegelen. Er komen echter wat dingen kijken bij het stucen van de badkamer. Lees hieronder waar je op moet letten wanneer je je badkamer gaat stucen.

Welk stucwerk is geschikt voor de badkamer?

Zoals je zult weten is stucen het egaal maken van plafonds en muren met een stuclaag. Dit kan zowel het gewenste eindresultaat zijn, als een toepassing op de onderlaag. In veel badkamers wordt gekozen voor tegels, echter kun je met stucwerk een unieke look aan je badkamer geven. Daarnaast zijn er bij stucwerk geen voegen waar vuil en bacteriën zich kunnen ophopen. Omdat de badkamer een hoge vochtigheidsgraad heeft, is echter niet elk stucwerk geschikt. Houd er naast een geschikte materiaalkeuze rekening mee dat je alleen stucwerk aanbrengt op plekken waar geen water tegenaan spat en dat ook de ondergrond vochtbestendig moet zijn.

Welk materiaal kies je?

De beste materialen om te stucen in de badkamer zijn Tadelakt, microcement/microbeton, beton Ciré en Terrastone. Tadelakt is een Marokkaans stucwerk met een warme uitstraling. Het is waterafstotend, stootvast en zorgt voor een gezond klimaat in de badkamer doordat het materiaal ademt. Wel is dit een wat duurdere optie. Microcement is een naadloos (en daarmee hygiënisch) duurzaam en waterdicht materiaal. Hetzelfde geldt voor microbeton, echter is dit sterker en kan het in een patroon worden aangebracht. Terrastone is een budgetvriendelijke manier om je badkamer te stucen. Het heeft een hoge PH-waarde waardoor het schimmels weer. Beton Ciré is een waterdichte stuc dat al meer dan 25 jaar gebruikt wordt in Frankrijk. Het bestaat uit zeer fijn gemalen kiezelstenen en zand en bevat speciale kunsthars waardoor het dun aangebracht kan worden.

Klaar om te stucen!

Wanneer je klaar bent om te gaan stucen houd je de volgende stappen aan:

Plak de badkamervloer af met stucloper
Strijk de badkamermuur voor met een harde borstel en het juiste voorstrijkmiddel. Laat deze één tot twee uur drogen.
Plaats hoekbeschermers om de uitwendige hoeken van het stucwerk te beschermen.Dit dien je tenminste drie uur van tevoren te doen.
Mix de stucmortel in een schone speciekuip met een schone mixer. Doe hiervoor eerst de juiste hoeveelheid water in de kuip en strooi voorzichtig de mortel erbij. Mix het tot een gladde massa zonder stukjes.
Breng de stucmortel aan. Dit doe je door met een troffel de stucmortel op te scheppen en dit met de pleisterspaan aan te brengen op de ondergrond. zorg ervoor dat je het zo gelijk mogelijk aanbrengt en werk van onder naar boven, van links naar rechts.
Maak de stuclaag glad met een rijlat, direct na het aanbrengen. Haal overtollig stuc weg met de reilat en zorg voor een glad resultaat. Zorg ervoor dat de stuclaag niet te droog wordt tegen het rullen.
Begin 20 minuten na het reien met messen. Hierbij trek je de stuc glad en maak je alle gaatjes en oneffenheden dicht.
Begin 30 minuten na het messen de gestucte muur te sponzen. Maak de spons nat en schuur het gips met een draaiende beweging op. Hiermee creëer je een sliblaag voor het pleisteren.
Zo’n 5 tot 10 minuten na het sponzen kan de gestucte muur gepleisterd worden met een spackmes. Houd het spackmes in een hoek van 30 graden op het oppervlak en trek het glad.
Begin zo’n 20 tot 30 minuten na het pleisteren met afpleisteren. Hierbij houd je het gips vochtig met een plantenspuit. Hierna moet het pleisteren herhaald worden.

Zodra deze stappen doorlopen zijn is het tijd om het stucwerk te laten drogen. Hou hierbij als vuistregel aan dat de muur één dag moet drogen per millimeter dikte van het stucwerk maar dit kan enigszins verschillen afhankelijk van het materiaal.